Sommige kinderen vinden het moeilijk om Engels te spreken – sommige omdat ze verlegen zijn, sommige omdat ze geen fouten willen maken (of niet willen). Als ouder kunt u uw kind helpen het vertrouwen op te bouwen dat ze nodig hebben om zichzelf uit te drukken. Hier zijn een paar tips:
- Laat nooit teleurstelling zien als uw kind weigert nieuwe woorden te zeggen – het centrum van de aandacht kan eng zijn.
- Om uw kind te helpen Engelse woorden of zinnen te zeggen zonder zich zorgen te maken, vraag hen dan de woorden op verschillende manieren te zeggen: Met een gelukkig gezicht, met een triest gezicht, zingende opera, handelend slaperig… gebruik je verbeelding en veel plezier. Als de stress niet op het spreken maar op het maken van grappige gezichten is, zijn kinderen vaak blij om de taal keer op keer te herhalen.
- Als u uw kind wilt corrigeren, corrigeer dan niet elke fout en onderbreek nooit een kind om te corrigeren. Wacht tot ze klaar zijn met spreken, zeg dan het woord of de zin correct en moedig ze aan te herhalen. Zeg niet 'zo niet' of 'het is verkeerd'. Kies in plaats daarvan 'luisteren...' Of 'laten we het opnieuw proberen'. Het maken van fouten is een belangrijk onderdeel van het leren van een taal.
- Probeer Engelse taalvaardigheden te relateren aan de 'echte wereld' van het kind: cartoon-personages die Engels spreken, gemeenschappelijke woorden in je moedertaal die zijn geïmporteerd uit het Engels, sport, voedsel, etc.
- Maak vooral geen groot ding uit de stilte van uw kind. Help, moedig aan en wees altijd positief. Praat er zo nodig over en stel ze gerust: U bent er om hen te helpen zelfverzekerder te worden.